Wederzijdse liefde
____

Overdenking voor 25 mei | Door Charles Spurgeon
 

Mijn deel is de HEERE, zegt mijn ziel. (Klaagliederen 3:24)

Lees verder 1 Johannes 4:7—19.

De liefde van God veranderd ons naar haar beeld zodat we van de Heere kunnen zeggen wat Hij ook over ons zegt. God is liefde in essentie en als deze essentiële liefde vrij op ons schijnt weerspiegelen we deze liefde. Hij is als de zon, de grote vader van de lichten, en wij zijn als de maan en de planeten, we schijnen de stralen terug die we geleend hebben van Zijn helderheid. Hij is de gouden zegelring en wij, Zijn volk, zijn de was die de indruk ontvangt. Het is onze hemel om op Christus te lijken en onze voorbereiding op de hemel is een groeiende navolging van Hem in alles.

Zie je, broeders, hoe de Heere het Woord geeft, en onze harten, als een echo, herhalen elke lettergreep. De Heere heeft Zijn volk lief en wij hebben Hem lief omdat Hij ons eerst heeft liefgehad. Hij heeft Zijn heiligen gekozen, en zij hebben Hem gekozen als hun erfdeel. De heiligen zijn kostbaar voor Jezus, en voor ons, die geloven, is Hij kostbaar. Christus leefde voor ons en het leven is voor ons Christus. Door Zijn dood krijgen we alles en is ons sterven winst.

De kerk is de spiegel waarin Christus Zichzelf ziet. Ze is als een goede zangeres die het refrein zingt van Jezus’ hooglied op de liefde. Terwijl Hij zingt, “Mijn zuster, Mijn bruid,” antwoord zij, “Mijn Liefste is van mij en ik ben van Hem.” Het is meest heerlijk om te zien hoe de gelovigen, door Gods genade, hetzelfde gevoel krijgen voor God als wat hun genadige Heere voor hen heeft. 

Onze twee teksten geven ons een interessant voorbeeld. De kerk is Gods deel, Hij verheugd Zich in haar, Hij vind in haar Zijn troost en vreugde, maar God is ook, als het gevolg hiervan, het deel van de kerk, haar vreugde en geluk. Geliefden, de liefde is wederzijds.

Ter overdenking: God heeft ons liefgehad (Johannes 3:16), hoe reageren we daarop? Met ongeloof, eigengerechtigheid of zelfverdediging? Of met liefde die tot uitdrukking komt in vertrouwen en gehoorzaamheid? Zijn wij al veranderd naar Zijn beeld (2 Korinthe 3:18)?

Preek nr. 451
25 mei 1862

__