Logo
Mijn ziel dorst naar God

 

Mijn ziel dorst naar God
____

Overdenking voor 12 augustus | Door John Piper | Desiring God
 

Zoals een hert schreeuwt naar de waterstromen, zo schreeuwt mijn ziel tot U, o God! Mijn ziel dorst naar God, naar de levende God. Wanneer zal ik binnengaan om voor Gods aangezicht te verschijnen? (Psalm 42:2-3).

Wat het zo mooi en cruciaal voor ons maakt is dat hij niet hoofdzakelijk dorst naar de verlichting van zijn bedreigende omstandigheden. Hij dorst niet allereerst naar het ontsnappen aan zijn vijanden of naar hun vernietiging. 

Het is niet verkeerd om naar verlichting te verlangen en daar om te bidden. Het is soms recht om voor de nederlaag van de vijanden te bidden. Maar God is belangrijker dan dat alles. 

Wanneer we in de Psalmen over God denken en Hem voelen, is dit het belangrijkste resultaat: We krijgen God lief, we willen God zien. We willen bij Hem zijn en vol zijn van bewondering en het bejubelen van God. 

Een waarschijnlijke vertaling van het einde van vers 3 is: “Wanneer zal ik binnengaan om Gods aangezicht te zien.” Het definitieve antwoord werd gegeven in Johannes 14:9 en 2 Korinthe 4:4. Jezus zei: “Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien.” En Paulus zegt dat we, wanneer we tot Christus bekeerd zijn: “Verlicht zijn met het Evangelie van de heerlijkheid van Christus, Die het beeld van God is.” 

Wanneer we het gezicht van Jezus zien, zien we het gezicht van God. En we zien de heerlijkheid van Zijn gezicht wanneer we het evangelie van Zijn dood en opstanding horen. Het is: “het Evangelie van de heerlijkheid van Christus, Die het beeld van God is.”

Ik hoop dat de Heere onze honger en onze dorst om het gezicht van God te zien sterker zal maken. En dat Hij je dat verlangen zal geven door het evangelie van de heerlijkheid van Christus, want Die is het beeld van God.

__