Overdenking voor 3 april | Door Charles Spurgeon

Lijden en troost

Daarom stuurde Absalom een bode naar Joab… maar hij wilde niet komen. Toen zei hij tegen zijn dienaren: Zie, het stuk grond van Joab grenst aan het mijne en hij heeft er gerst op staan; ga het in brand steken… Toen maakte Joab zich gereed, ging bij Absalom naar binnen, zijn huis in, en zei tegen hem: Waarom hebben uw dienaren het stuk grond dat van mij is, in brand gestoken? (2 Samuel 14:29—31)

Lees verder Romeinen 5:1—5.

Onder het kruis ontvang je veel speciale troost. Er is siroop wat God alleen aan de zieke heiligen geeft en niet aan de gezonde heiligen. Een donkere grot weerhoudt de mijnwerkers niet als ze weten dat daar diamanten gevonden kunnen worden. Je hoeft niet bang te zijn voor lijden als je weet dat het rijkdom oplevert voor je ziel. Zonder de nacht kun je de nachtegaal niet horen en er zijn beloften die alleen voor ons zingen in de nood. Het is in de kelder van de ellende waar goede oude wijn van het Koninkrijk ligt opgeslagen.

Je zult het gezicht van Christus nooit zo helder zien als iedereen zijn hoofd voor je omdraait. Als je in zo’n verwarring bent gebracht dat de menselijke wijsheid in verlegenheid wordt gebracht, zul je Gods wijsheid duidelijker geopenbaard zien. Oh wat heerlijk zijn de liefdesbezoeken die Christus brengt aan Zijn volk als ze in de gevangenis van hun nood zitten. Dan legt Hij Zijn hart voor hen bloot en troost Hij ze zoals een moeder haar kind troost. Degenen die in een bed slapen wat Christus opgemaakt heeft slapen goed. Lijdende heiligen zijn meestal de meest bloeiende heiligen, het zal goed met hen gaan want ze worden door Christus speciaal verzorgd.

Als je iemand zoekt met lippen vol parels, zoek dan voor iemand die in het diepe water is geweest. We leren niet vaak, maar als we iets leren op de school van Christus dan is dat er ingeslagen door de liniaal van juffrouw Ongemak. Gods wijnstokken hebben meer te danken aan het snoeimes dan welk ander tuingereedschap ook. Overbodige scheuten zijn verdrietige plunderaars van de wijnstokken. En hoewel we het dragen, brengt het kruis ons troost. Het is een lief en kostbaar kruis vol rozen en zoete vloeiende mirre.

Ter overdenking: De troost die voortvloeit uit onze beproevingen als gelovigen zijn voor ons eigen welzijn (Psalm 119:50,52), maar ze moeten ook overstromen in zegen voor anderen (2 Korinthe 1:4; 7:5—7).

Preek nr. 563
3 april 1864

__