Leid ons niet in verzoeking
____
Overdenking voor 17 mei | Door Charles Spurgeon
Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. (Mattheüs 6:13)
Lees verder Mattheüs 4:1—11.
Er staat niet, “Verzoek ons niet,” dan zouden we een probleem hebben. Er staat niet “Heere, verzoek ons niet,” maar er staat, “Leid ons niet in verzoeking.” Ik denk dat ik je snel kan laten zien dat er een groot verschil is tussen leiden in verzoeking en daadwerkelijk verzoeken.
God verzoekt niemand. Dat, op de manier van verleiden tot zonde, zou niet in overeenstemming zijn met Zijn natuur en helemaal in tegenstelling zijn tot Zijn karakter. Maar dat God ons in de strijd met het kwaad leidt wat wij verzoeking noemen is niet alleen mogelijk maar ook gebruikelijk.
Vaak leidt de grote Veldheer van de verlossing ons in Zijn voorzienigheid naar de slagvelden waar we het volle kwaad onder ogen moeten komen en het moeten overwinnen door het bloed van het Lam. Dit leiden in verzoeking is door Gods genade overstemd voor ons welzijn want door de verzoeking groeien we in kracht, genade en geduld.
Onze God en Vader kan ons met wijze bedoelingen, die uiteindelijk tot Zijn eer en ons welzijn zijn, leiden naar plaatsen waar Satan, de wereld en het vlees ons kunnen verleiden. Dit gebed moet dus begrepen worden in die zin van bescheiden zelf-wantrouwen wat wegvlucht van de strijd.
Er is hier bemoediging voor de smeker om de verzoeking aan te zien. Hij vreest het kwaad wat het in hem kan werken, maar er is ook een heilige vrees, een heilig zelf-wantrouwen, een angst voor contact met de zonde, op welke manier dan ook. Deze vrees is niet in strijd met “Acht het enkel vreugde… wanneer u in allerlei verzoekingen terechtkomt” (Jacobus 1:2). Het is verbonden aan het gebed van de Verlosser, “Als het mogelijk is, laat deze drinkbeker aan Mij voorbijgaan” (Mattheüs 26:39). Dit gebed voorkwam nooit dat Hij deze drinkbeker tot de laatste druppel leegdronk.
Ter overdenking: De verleiding tot de zonde zal komen (Lukas 17:1), maar nooit van God (Jacobus 1:13). Het was de Heilige Geest die de Heere Jezus in de wildernis leidde om verleidt te worden, maar Satan was het die verleidde (Mattheüs 4:1) en God die de voorzag van mogelijkheden om te ontsnappen (Mattheüs 4:4,7,10; 1 Korinthe 10:13).
Preek nr. 509
17 mei 1863
__