Klaar voor de oogst
____

Overdenking voor 29 juli | Door Charles Spurgeon
 

Zegt u niet: Nog vier maanden, en dan komt de oogst? Zie, Ik zeg u: Sla uw ogen op en kijk naar de velden, want zij zijn al wit om te oogsten. (Johannes 4:35)

Lees verder 3 Johannes 5—12.

Slijp je sikkel. Je moet aan het werk met scherpe waarheden als de rechtvaardiging door het geloof, de totale verdorvenheid van de mensheid, de hoop in het kruis en de energie in de Heilige Geest. En wanneer je deze waarheden kent en je weet hoe je ze moet gebruiken, dan zul je tot een grote maaier gemaakt worden in de oogst van de Meester.

Het is nutteloos om te zeggen dat je zult gaan en dan gaat zonder gereedschap. Neem de waarheid, zorg dat je die goed vast hebt. Zorg dat die scherp is en in de goede volgorde, en wie weet wat je onder de zegen van God de Heilige Geest mag doen!

Dichtbinders zijn de volgenden die nodig zijn in de oogst. Als de tarwe op de aarde gevallen is moet het vastgebonden worden in schoven. We willen dat sommigen van jullie die niet kunnen preken, die de sikkel niet kunnen gebruiken, gaan en de tarwe verzamelen die op de aarde valt als de sikkel door de anderen gebruikt wordt. Nodig ze uit als de gemeente samenkomt, praat met hen, breng ze samen met het volk van God. 

En als je in de gemeente bent, probeer de gemeente samengebonden te houden in de liefde. Bind de schoven samen. We kunnen geen goed oogstwerk doen zonder liefdevolle handen die het volk van God samenbinden.

Vervolgens willen we naast deze schoven sommigen die ze thuis brengen. De gemeente van God is de schuur, het is de schuur van de Meester hier op aarde. Ver weg op de heuveltop van de hemel heeft Hij nog een schuur. Maar hier willen we dat jullie helpen om ze in de gemeente van Christus te brengen. Als God hen gered heeft, probeer ze dan te laten doen wat God verordend heeft zodat ze verenigd worden met Zijn volk.

En we willen dat sommigen van jullie, als je zelf niet oogsten, vastbinden of naar huis kunt brengen, dat je minstens verfrissing brengt voor de maaiers met vriendelijke en liefdevolle woorden.

Ter overdenking: Er is een groot zendingsveld wat geoogst moet worden. Welke rol speel jij? Bidden of arbeiden (Lukas 10:2), zaaien of oogsten (Johannes 4:36–38) of slaap je gewoon (Spreuken 10:5)?

Preek nr. 706, 29 juli 1866

______________________________