Logo
Ja, Vader!


Ja, Vader
____

Overdenking voor 26 mei | Door Charles Spurgeon
 

In die tijd antwoordde Jezus en zei: Ik dank U, Vader, Heere van de hemel en van de aarde,  dat U deze dingen voor wijzen en verstandigen verborgen hebt, en ze aan jonge kinderen hebt geopenbaard. (Mattheus 11:25)

Lees verder 1 Samuel 3:1—18.

“In die tijd antwoordde Jezus.” Als je naar de context kijkt zie je nergens dat iemand Hem iets vroeg of dat Hij in gesprek was met iemand. “Ik dank U, Vader.” Als iemand antwoordt, antwoordt hij degene die tot hem sprak. Wie sprak er dan met Jezus? Zijn Vader. Toch is dat hier niet opgenomen, dit laat ons zien dat Jezus voortdurende gemeenschap had met de Vader. Vaak sprak Zijn Vader zachtjes in Zijn oor. 

Laten wij hier van leren, nu wij net als Christus in de wereld zijn. Ik hoop dat ook wij stille gemeenschap hebben met de Vader zodat we Hem vaak zullen antwoorden. En als de wereld niet weet tot wie wij spreken, mogen we dan tot God spreken. Ik hoop dat we zullen reageren op die verborgen stem die geen oor gehoord heeft, terwijl ons eigen oor, geopend door de Geest van God, er met vreugde naar luistert. Ik houd er van als de Christen zich soms gedrongen voelt door een bijna niet te onderdrukken verlangen om te spreken, ook al is er niemand bij hem. De Geest heeft hem dan een gedachte gegeven. De Heilige Geest heeft iets tegen Zijn ziel gezegd en hij antwoordt.

God heeft tot hem gesproken en hij verlangd ernaar om tot God te spreken. Dit kan zijn om te beamen wat God gezegd of geopenbaard heeft, om een zonde te belijden waarvan de Heilige Geest hem overtuigd heeft, om de genade die de Heere heeft voorzien te erkennen of om in te stemmen met een grote waarheid die God de Heilige Geest aan hem heeft laten zien. Houd je hart in die toestand, broeders, dat je klaar bent om te antwoorden als God spreekt. 

Ter overdenking: Als er in de Schrift geschreven wordt dat de Heilige Geest specifiek iets ingeeft, waren de hoorders en in een ontvankelijke gemoedstoestand (Handelingen 10:9,19,20; 13:2). Net als Martha (Luke 10:39–40), zijn Christenen soms te druk en afgeleid om Gods stem te horen.

Preek nr. 394
26 mei 1861

__