Overdenking voor 21 november 2014 | Door John Piper | Desiring God
En weet dit dat in de laatste dagen zware tijden zullen aanbreken. Want de mensen zullen liefhebbers zijn van zichzelf, geldzuchtig, grootsprekers, hoogmoedig, lasteraars, hun ouders ongehoorzaam, ondankbaar… (2 Timotheüs 3:1—2)
Merk op dat ondankbaarheid samengaat met hoogmoed, lastering en ongehoorzaamheid.
Ergens anders zegt Paulus: “…laten die onder u beslist niet genoemd worden… evenmin oneerbaarheid, dwaze praat en lichtzinnige taal… maar veelmeer past dankzegging” (Efeze 5:4). Dus het lijkt erop dat dankbaarheid het tegenovergestelde is van lelijkheid en geweld.
De reden dat dit zo is, is omdat het gevoel van dankbaarheid een nederig gevoel is en geen trots gevoel. Het verheft de ander en niet zichzelf. En het is blijmoedig en niet boos of bitter.
De sleutel om het hart van dankbaarheid te ontsluiten en de bitterheid, lelijkheid, respectloosheid en het geweld te overwinnen is een sterk geloof in God, de Schepper, de Onderhouder, de Voorziener en de Hoop-gever. Als we niet geloven dat we veel dank verschuldigd zijn aan God voor alles wat we hebben en hopen te hebben, dan staat de bron van dankbaarheid droog.
Dus ik concludeer dat de opkomst van geweld, onheiligheid, lelijkheid en ongehoorzaamheid in de laatste dagen een God-kwestie zijn. Het fundamentele probleem is een gebrek aan dankbaarheid op de hogere niveaus van onze afhankelijkheid.
Wanneer de hoge bron van dankbaarheid tot God faalt op de top van de berg zullen snel alle meertjes van dankbaarheid bergafwaarts opdrogen. En wanneer de dank vervliegt, laat de eigen soevereiniteit steeds meer corruptie toe voor het eigen plezier.
Bid voor een opwekking van de nederige dankbaarheid.
__