Overdenking voor 1 oktober 2014 | Door John Piper | Desiring God
Schep vreugde in de HEERE, dan zal Hij u geven wat uw hart verlangt. (Psalm 37:4)
De zoektocht naar genieten is geen optie maar een bevel (in de Psalmen): “Schep vreugde in de HEERE, dan zal Hij u geven wat uw hart verlangt” (Psalm 37:4).
De psalmisten wilden dat juist: “Zoals een hert schreeuwt naar de waterstromen, zo schreeuwt mijn ziel tot U, o God! Mijn ziel dorst naar God, naar de levende God” (Psalm 42:2-3). “O God, U bent mijn God! U zoek ik vroeg in de morgen; mijn ziel dorst naar U,
mijn lichaam verlangt naar U in een land, dor en dorstig, zonder water” (Psalm 63:2).
De dorst krijgt zijn vervullende tegenhanger als de psalmist zegt: “Zij worden verzadigd met de overvloed van Uw huis; U laat hen drinken uit Uw beek vol verrukkelijke gaven” (Psalm 36:9).
Ik ontdekte dat de goedheid van God, het fundament van aanbidding, niet zomaar iets is waarvoor je zomaar respect hebt uit belangeloze eerbied. Nee, het is iets om van te genieten: “Proef en zie dat de HEERE goed is” (Psalm 34:9).
“Hoe zoet zijn Uw woorden voor mijn gehemelte, zoeter dan honing voor mijn mond” (Psalm 119:103).
Zoals C.S. Lewis het zegt: God is in de psalmen het “alles-vervullende Object.” Zijn volk aanbid Hem onbeschaamd voor de “grote vreugde” die ze in Hem vinden (Psalm 43:4). Hij is de bron van volledig en oneindig genieten. “Volheid van blijdschap is bij Uw aangezicht, lieflijkheden zijn in Uw rechterhand, voor altijd” (Psalm 16:11, Engelse vertaling).
__