Logo
Een aansporing


Een aansporing
____

Overdenking voor 18 mei | Door Charles Spurgeon
 

David bleef echter in Jeruzalem. (2 Samuel 11:1)

Lees verder 1 Timotheüs 5:9—15.

Laten we blijven bidden en ijverig zijn voor onze Meester. “Wees vurig van geest. Dien de Heere” (Romeinen 12:11). Mijn lieve vrienden, we sporen je niet aan om Christus te dienen om daardoor gered te worden. David was gered. Ik spreek alleen tot hen die gered zijn en ik bid en smeek jullie om te letten op de val van David en de leegheid voordat hij viel. Dit is een waarschuwing voor jullie. Er zijn verleidingen voor de ijverige, maar alle verleidingen vallen degenen aan die niets doen.

Let op de uitvinding die mensen van het platteland gebruiken om wespen te vangen. Ze doen een beetje zoete vloeistof in een lange fles met een smalle hals. De wespen die niets doen komen langs en ruiken de zoetigheid, duiken erin en verdrinken. Maar de bijen komen langs, ze ruiken de zoetigheid en stoppen, maar ze duiken er niet in omdat ze honing voor zichzelf moeten maken. Ze zijn te druk met het werk voor de gemeenschap om zichzelf te verwennen met die verleidelijke zoetigheid.

Greenham, een Puriteinse goddelijke, wachtte eens op een vrouw die sterk verleid werd. Toen hij haar leven onderzocht, kwam hij erachter dat ze weinig te doen had en Greenham zei, “Zuster, daarom wordt je zo verleidt, als je druk bezig bent kan Satan je verleiden, maar hij zal niet snel winnen. Hij zal het snel opgeven.”

Christenen die niets doen worden niet zozeer verleidt door de duivel, ze verleiden de duivel om hen te verleiden. Leegheid zet de deur van het hart op een kier en vraagt Satan binnen te komen. Maar als we van ’s morgens tot ’s avonds bezig zijn, moet Satan de deur openbreken om binnen te komen. Onder soevereine genade en naast geloof is er geen betere bescherming tegen verleiding. “Wees niet traag wat uw inzet betreft. Wees vurig van geest. Dien de Heere” (Romeinen 12:11).

Ter overdenking: “Satan heeft altijd kwaad toe doen voor handen die niets doen” (Isaac Watts). Hoe meer we bezig zijn voor de Heere, hoe minder tijd we hebben om voor Satan bezig te zijn. Toen Nehemia druk was voor de Heere werd hij verleidt om zijn vijanden te ontmoeten in het dal Ono. Zijn reactie? Een duidelijk “O no” (Nehemia 6:2–4). Reageer jij hetzelfde?

Preek nr. 450
18 mei 1862

__