Logo
De gelovige in de modder


De gelovige in de modder
____

Overdenking voor 21 mei | Door Charles Spurgeon
 

Ontruk mij aan het slijk en laat mij niet wegzinken. (Psalm 69:15)

Lees verder Mattheüs 14:22—31; 15:21—28.

Luther was een man met het sterkste geloof, toch had hij soms maar weinig hoop. Hij was wel en hij was geen sterke gelovige. Hij twijfelde nooit aan de waarheid die hij verdedigde maar zijn geloof voor zijn eigen aandeel in Christus hield zelden of nooit volle zekerheid in. De kracht van zijn geloof stopte hij in de vreselijk krachtige oorlog tegen de antichrist en de dwalingen van alle vormen. Hij geloofde de waarheid en hield moedig vast dat de rechtvaardiging alleen door het geloof was, toch twijfelde hij zelf soms of hij zelf gerechtvaardigd was in Jezus Christus.

Hij geloofde in verlossing door het geloof in Christus bloed, toch werd het voor hem, vooral op het laatst, erg moeilijk of hij gewassen was in het kostbare bloed. Rooms-Katholieke biografen, die hem als ze kunnen zullen belasteren, zeggen dat hij twijfelde aan alles wat hij preekte en dat hij er uiteindelijk achter kwam dat zijn geloof niet overeen kwam met de waarheid. Dit is geen waar. Er is niemand dan deze grote hervormer die krachtiger vasthield aan zijn getuigenis. Toch verwonderd het me niet dat ze dit zeggen.

Hij twijfelde nooit aan de waarheid van de dingen die hij preekte, maar hij twijfelde regelmatig aan zijn eigen aandeel in die dingen. En toen hij stierf, was zijn getuigenis, hoewel ruim voldoende, niet zo schitterend als het getuigenis van de arme oude vrouw die rustend op Jezus stierf in een bescheiden huisje. Het arme meisje wat alleen maar wist dat haar Bijbel waar was, was volkomen onbekend voor het Vaticaan en de trompet van haar roem zal nooit klinken en toch trad ze de eeuwige vrede binnen met veel luider gejuich en blijdschap dan Maarten Luther die de wereld schudde met zijn donderende moed.

Ter overdenking: Je hoeft niet groot te zijn om rijk te zijn in het geloof (Jacobus 2:5). Ook de discipelen van de Heere lieten vaak zwak geloof zien (Mattheüs 8:26; 14:31; 16:8; 17:20; Markus 4:40; Johannes 20:25) wat overschaduwd werd door het geloof van onbekende gelovigen (Mattheüs 15:28; Lukas 7:9).

Preek nr. 631
21 mei (onbekende datum)

__