Overdenking voor 2 februari | Door John Piper | Desiring God
De cyclus van vergeving
En vergeef ons onze zonden, want ook wij vergeven aan iedereen die ons iets schuldig is. En leid ons niet in verzoeking. (Lukas 11:4)
Wie vergeeft wie eerst?
- “En vergeef ons onze zonden, want ook wij vergeven aan iedereen die ons iets schuldig is” (Lukas 11:4).
- “Zoals Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen.” (Kolossenzen 3:13)
Wanneer Jezus ons leert bidden dat God ons vergeeft “omdat ook wij vergeven,” zegt Hij niet dat de eerste stap in vergeving onze stap was. Integendeel, het gaat als volgt: God vergaf ons toen we in Christus geloofden (Handelingen 10:43). Dan vanuit deze gebroken, blije, dankbare en hoopvolle ervaring van het vergeven zijn, bieden wij anderen vergeving.
Dit betekent dat we reddend vergeven zijn. Dat is, onze vergeving van anderen laat zien dat we geloof hebben; we zijn verenigd met Christus; de Heilige Geest woont in ons.
Maar we zondigen nog steeds (1 Johannes 1:8, 10). We wenden ons dus nog steeds tot God voor nieuwe aanvragen op grond van het werk van Christus voor ons — nieuwe aanvragen voor vergeving. We kunnen dit niet met enig vertrouwen doen als er in ons een onverzoenlijke geest woont (Mattheus 18:23—35).
Daarom zegt Jezus dat we om vergeving vragen, omdat wij vergevend zijn. Dat is hetzelfde als te zeggen: “Vader, ga door met het uitbreiden van Uw door Christus gekochte genade want door deze vergeving verlaat ik de wraak en geef ik anderen wat U mij gaf.”
Ik hoop dat je vandaag weer nieuwe genade van God kent, en dat deze genade mag overstromen in je hart in de vergeving van anderen.
__