Alles door geloof
____

Overdenking voor 8 augustus | Door Charles Spurgeon
 

Wij wandelen door geloof, niet door aanschouwing. (2 Korinthe 5:7)

Lees verder Spreuken 31:10—31.

We lezen in de Schrift vaak van mensen die door het geloof grote daden deden. “Met U ren ik door een legerbende, met mijn God spring ik over een muur” (Psalm 18:29). Dat is heel groot, maar sommige Christenen richten hun ogen altijd op de heldendaden van geloof. 

De apostel Paulus rende door legerbenden en sprong over muren, maar hier spreekt hij over de gewone dingen in het leven. Het is alsof hij zegt, “Ik spring niet alleen over muren door geloof, ik loop ook door geloof, ik ren niet alleen door legerbenden door het geloof, ik doe ook mijn gewone werk door het geloof.”

Je hebt de ware geest van het Christendom nog niet leren kennen als je altijd zegt, “Ik kan preken door geloof.” Ja, maar kun je ook een jas maken door geloof? “Ik kan traktaten uitdelen en een wijk bezoeken door geloof.” Kun je het avondeten koken door geloof? Ik bedoel, kun je de gewone huishoudelijke dingen en dagelijkse taken die je moet doen uitvoeren in een geest van geloof? 

Dat bedoelt de apostel. Hij heeft het niet over rennen, springen of vechten maar over wandelen. Hij wil je vertellen dat het gewone leven van een Christen anders is dan het het leven van anderen. Hij heeft geleerd het geloof overal bij te betrekken. Het was geen verkeerde uitspraak toen iemand zei dat hij, “at, dronk en sliep voor het eeuwige leven.” 

We willen geen godsdienst die we zelf geweven hebben, maar een godsdienst die in de hemel geweven is. Een godsdienst die in en om het huis gedragen kan worden. “We wandelen door geloof.” Moslims aanbidden op bepaalde heilige tijden. Een echte Christen noemt elk uur heilig en aanbidt God altijd.

Ter overdenking: Zie jij je Christelijke geloof en aanbidding als iets alleen voor zondag en tijdens kerkelijke activiteiten? Echt geloof dringt door in ons eten, drinken en onze kleding (Mattheüs 6:25,30–31). En echte aanbidding houdt ook de manier in waarop wij eten, drinken en al het andere doen (1 Korinthe 10:31).

Preek nr. 677, 8 augustus (onbekende datum)

______________________________